door Herman Michiel, 28 november 2014
“Wie nooit van mening is veranderd, heeft nooit iets geleerd”. Op dit principe voortgaand moeten de Europese sociaaldemocraten zéér geleerd zijn, want ze veranderen soms zéér van mening.
Neem Sigmar Gabriel, voorzitter van de Duitse sociaaldemocraten (SPD) en minister van economie in de regering Merkel. Tijdens het debat in de Bundestag (25 september) over de vrijhandelsverdragen met Canada (CETA) en de Verenigde Staten (TTIP) zei Gabriel nog zeer duidelijk dat de beruchte investeringsbeschermingsclausule ISDS eruit moet; ISDS laat immers toe dat bedrijven via uitzonderingsrechtbanken (‘arbitragehoven’) grote schadeclaims tegen overheden richten wanneer winsten dreigen te lijden onder wetgeving (bv. milieunormen, voedselvereisten enz.). Gabriel weet waarover het gaat, want het Zweedse energieconcern Vattenfall claimt bv. miljarden euro van de Duitse overheid wegens de Duitse kernuitstap. Maar wat zei dezelfde Gabriel gisteren (27 november) voor dezelfde Bundestag ? “Als de rest van Europa dit akkoord wil, dan zit er voor Duitsland niets anders op dan het ook goed te keuren”. Het kleine Duitsland plotseling in de hoek gedrumd door de EU, als het ware … En zeggen dat Gabriel zich twee maanden geleden nog lustig maakte ten koste van Die Linke; de Linkspartei had – naast de stopzetting van de vrijhandelsonderhandelingen – ook de uitdrukkelijke afwijzing van ISDS-clausules gevraagd. “Zij vragen dat wij iets zouden afwijzen wat wij reeds afgewezen hebben“, triomfeerde toen Gabriel onder luid applaus van de SPD-afgevaardigden.
Dat voor wat betreft Duitsland. Hoe zit het in Frankrijk, de andere pool van de ‘Europese as’ ? Het is bekend dat de ‘socialistische’ Franse regering onder Hollande nogal wat last heeft met haar eigen PS-parlementariërs als het op de réformes nécessaires aankomt. Ook voor zijn steun aan het EU-USA-verdrag TTIP vond Hollande totnogtoe meer begrip bij Obama dan in zijn eigen PS-rangen. Maar afgaand op recente uitspraken van PS-zwaargewicht Pervenche Berès lijkt daar verandering in te komen. Pervenche Berès is niet de eerste de beste. Lid van het Europees Parlement sinds 1994, fractieleidster van de PS-europarlementairen, rapporteur en/of voorzitter van belangrijke commissies, lid van de delegatie voor de betrekkingen met de Verenigde Staten … Berès zei in een interview in december 2013 (enkele maanden vóór de Europese verkiezingen dus):
“Het vrijhandelsverdrag met de USA is een oorlogsmachine gericht tegen het Europees sociaal model. (…) Sinds 15 jaar zegt men ons dat de regels tussen de EU en de USA moeten geharmoniseerd worden, maar in de praktijk is de enige harmonisatie dat de Verenigde Staten ons hun regels opleggen. (…) De krachtsverhoudingen liggen niet in ons voordeel, dat is duidelijk. Het heeft dus geen enkele zin om energie te verspillen in onderhandelingen voor zulk verdrag, het is gewoon fout.”
Nu dezelfde Berès een week geleden (enkele maanden ná de Europese verkiezingen) op een debat van de Mouvement Européen over hetzelfde vrijhandelsverdrag met de USA:
“De onderhandelingen moeten verdergezet worden, want de Amerikanen zullen het toch tekenen, is het niet met ons, dan is het met anderen. En als het met anderen is, zal het niet op basis van onze Europese waarden zijn.”
Dat is natuurlijk een bijzonder scherpe bocht. Berès zegt niet wat ze eventueel bijgeleerd heeft om zo van mening te veranderen.
Hoe zit het met onze sociaaldemocraten ? Vanuit Nederland moet men alleszins weinig weerwerk tegen vrijhandelsakkoorden verwachten, of het nu met of zonder ISDS is. Op een debat (Amsterdam, 1 oktober) daarover bleek PvdA-minister Lilianne Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) eerder in het kamp van de Europese Ronde Tafel van Industriëlen (ERT) te zitten dan in dat van de kritische Roelien Knottnerus van SOMO. Volgens Ploumen zullen “de voordelen voor burgers, consumenten en werkgevers zijn. TTIP gaat zorgen voor economische groei en voor banen.” Als het niet over een serieuze kwestie ging, zouden we Ploumens uitspraak over ISDS bijna als een goede grap kunnen begrijpen: “Ik heb maar liefst 14 voorstellen ingediend ter verbetering van ISDS . Zo mogen bedrijven wat mij betreft niet meerdere claims tegelijkertijd indienen.”
En de sociaal-democraten in België ? Bij de stemming in het Europees Parlement (23 mei 2013) over het TTIP onderhandelingsmandaat stemde Kathleen Van Brempt (sp.a) voor, Daerden en Tarabella (PS) waren tegen. Het wordt dus wat uitkijken wat de PS-dissidenten zullen doen nu bij de grote buren al openlijk over goedkeuring gesproken wordt. De ‘dapperste onder de Galliërs’ hebben de Belgische sociaaldemocraten zich nog wel niet vaak getoond…
Voor de sociale verzetsbewegingen die de vrijhandelsakkoorden proberen te verhinderen is er dus weinig of geen steun te verwachten vanuit die hoek. Men moet eerder hopen dat wie tot nog toe zijn vertrouwen in deze partijen stelde “iets bijgeleerd heeft en van mening verandert”. Het is daarentegen opvallend dat de Groenen als Europese fractie over het algemeen vrij consequent verzet bieden als het op TTIP of andere gelijkaardige verdragen aankomt. Bij de stemming op 23 mei verleden jaar waren de meesten tegen het onderhandelingsmandaat. Samen met Verenigd Links (GUE) zijn ze de enige linkse politieke opposanten van de deregulering die men ons via TTIP, CETA en andere vrijhandelsverdragen probeert in de strot te duwen.
Amsterdam, Beursplein, 11 oktober 2014