Komende evenementen

Militaire bondgenootschappen in Europa

 

door Herman Michiel
18 april 2023

 

Misschien hebt u zich ook wel eens afgevraagd wat er zou gebeuren als Turkije de oorlog verklaarde aan Griekenland. Totaal onmogelijk is dat niet, er zijn jarenlange spanningen en meerdere betwistingen over eilanden en olie- of gasvelden. Maar beide landen zijn lid van de NAVO, wat zou dan gebeuren? Of stel dat OekraĂŻne lid was geweest van de NAVO, zou er dan niet automatisch een NAVO-troepenmacht de verdediging van OekraĂŻne opgenomen hebben bij de Russische aanval?

Over dergelijke kwesties verscheen een interessant overzicht door de Duitse auteur Luhmann [1] van de van kracht zijnde militaire bondgenootschappen in Europa en hun implicaties. Het artikel is een samenvatting (in het Duits) van een veel uitgebreidere studie (in het Engels) [2] van de (Franse) deskundige Bruno Tertrais. Hier volgt een nog kortere samenvatting (in het Nederlands). Militaire bondgenootschappen mogen overkomen als een vorm van solidariteit tussen staten, maar houden ook het risico in op een ‘watervaleffect’, namelijk de automatische ontplooiing van militaire apparaten bij een conflict dat aanvankelijk beperkt is tussen twee staten. De Eerste Wereldoorlog wordt soms gezien als het gevolg van een dergelijk automatisme, vandaar de referentie naar augustus 1914 in [1] en [2].

 

NAVO

De meeste lidstaten van de Europese Unie (EU) zijn ook lid van de NAVO. Artikel 5 van het NAVO-verdrag stelt dat NAVO-leden een ander NAVO-lid militair moeten bijstaan in het geval het aangevallen wordt. Men zou daardoor kunnen denken dat Griekenland automatisch NAVO-bijstand krijgt als het door Turkije zou worden aangevallen. Daarvoor is echter unanimiteit vereist, en in het denkbeeldige geval dat we hier beschouwen zou die natuurlijk niet kunnen bereikt worden, omdat Turkije hierin nooit zou toestemmen.

EU

Een tweede militair bondgenootschap werd gecreĂ«erd binnen de EU door het Verdrag van Lissabon (2007). Het artikel 42.7 daarvan luidt: “Indien een lidstaat op zijn grondgebied gewapenderhand wordt aangevallen, rust op de overige lidstaten de plicht deze lidstaat met alle middelen waarover zij beschikken hulp en bijstand te verlenen overeenkomstig artikel 51 van het Handvest van de Verenigde Naties. Dit laat het specifieke karakter van het veiligheids- en defensiebeleid van bepaalde lidstaten onverlet.” Hier geldt dus een automatisme, waarbij er geen unanimiteit vereist is. In het hoger beschouwde (denkbeeldige) geval van een aanval door Turkije op Griekenland, waarbij de NAVO niet kan optreden omwille van het ontbreken van unanimiteit, zou het EU-artikel 42.7 wel automatisch in werking treden. Auteur Luhmann koppelt daaraan de opmerking dat bij de discussie in de EU over de opname van OekraĂŻne, GeorgiĂ« en MoldaviĂ« als EU-lidstaten nergens ter sprake wordt gebracht welke implicaties dat heeft op het gebied van militaire verplichtingen.

Men zou kunnen denken dat dit alles alleen maar betrekking heeft op hypothetische gevallen die zich, hopelijk, niet zullen voordoen. Maar staatslieden zijn inventiever, en opportunistische, dan men denkt. Frankrijk deed beroep op de Europese solidariteit op basis van het vermelde artikel 42.7 na de terroristische aanval op de Bataclan in Parijs. Dit was geen militaire aanval van een buitenlandse mogendheid waarvoor men zou denken dat militaire bondgenootschappen bedoeld zijn, maar afhankelijk van het geval kunnen ‘creatieve’ interpretaties geconstrueerd worden om al dan niet een juridische clausule in te roepen.

 

Bilaterale verdragen

Vanuit militair standpunt zit er dus wel een logica achter ‘dubbele verzekeringen’ zoals de bijstandsclausule 42.7 van het EU-verdrag en artikel 5 van het NAVO-verdrag. Maar waarom sloten Duitsland en Frankrijk dan in 2019 nog een defensieverdrag (een deel van het Verdrag van Aken) af, en deden Griekenland en Frankrijk hetzelfde in 2021?

In het geval van het Frans-Duits verdrag is het toepassingsgebied ervan ruimer dan van artikel 42.7. Het EU-verdrag heeft alleen betrekking op het Europees grondgebied, dus in het geval van Frankrijk niet op zijn ‘bezittingen’ in Latijns-Amerika en de Stille Oceaan. Door het bilateraal verdrag met Duitsland zou Berlijn wel steun moeten verlenen aan Parijs, en zou Parijs dit kunnen inroepen als het tot betwistingen kwam in die afgelegen continenten.
Wat Griekenland betreft lijkt het verdrag met Frankrijk een bijkomende ‘verzekering’ voor het geval 42.7 toch niet kan ingeroepen worden omwille van onvoorziene argumenten. Auteur Luhmann vermeldt ook dat schijnbaar ‘overtollige’ verdragen wijzen op iets dat publiek niet kan uitgesproken worden, namelijk dat men niet zomaar durft rekenen op de automatische toepassing van een verdrag, zelfs als het verdragsrechterlijk volledig van toepassing is. Het spiegelbeeld zo te zeggen van de geforceerde toepassing van 42.7 in het geval van de Bataclan.

 

Noord-Europa

In 2009 sloten Denemarken, Finland, IJsland, Noorwegen en Zweden de Nordic Defence Cooperation (NORDEFCO) af; daarvan waren Denemarken, Ijsland en Noorwegen ook al lid van de NAVO.

 

Brits-Pools-OekraĂŻens pact

Op 17 februari 2022, Ă©Ă©n week voor de Russische inval in OekraĂŻne, kondigden het Verenigd Koninkrijk, Polen en OekraĂŻne aan dat ze een samenwerkingsakkoord gesloten hadden. De doelstellingen zijn eerder onduidelijk (cyberveiligheid, verhoging van de energiezekerheid, bestrijding van desinformatie,
), militaire samenwerking werd niet expliciet vermeld, maar volgens de OekraĂŻense minister van buitenlandse zaken Kuleba was dit pact nodig omdat OekraĂŻne voor zijn veiligheid niet kon wachten op toetreding tot de EU en de NAVO.

 

NAVO: niet alleen formele uitbreiding

In de periode tussen de val van de Sovjet-Unie (1991) en eind 2020 breidde het aantal NAVO-lidstaten uit van 15 tot 30, en met de toetreding van Finland (4 april 2023) en weldra die van Zweden is het meer dan een verdubbeling. Maar een juiste inschatting mag zich niet beperken tot het formele lidmaatschap. Er kwamen ook bij: 15 ‘partners for peace’, 7 leden van de ‘Mediterraanse Dialoog’, 4 Golfstaten van het Istanbul Cooperation Initiative en ‘9 partners wereldwijd’ (Azerbeidzjan, GeorgiĂ«, OekraĂŻne
)

Bovendien werd het aantal gevallen uitgebreid waarin een incident als gewapende aanval gerekend wordt zodat Artikel 5 van kracht kan worden. Het betreft, afgezien van terrorisme, ‘niet-traditionele vormen van agressie’, aanvallen in de cybersfeer en aanvallen ‘naar, uit of in de ruimte’.

Gezien de dominante rol van Washington in de NAVO zijn er ook een aantal ontwikkelingen in de Amerikaanse geostrategie die niet zonder betekenis zijn voor de NAVO. Zo zijn er de allianties die de VS aangaan in Zuidoost-AziĂ« en de Stille Oceaan, men denke aan AUKUS ( AustraliĂ«, VK, VS). Er zijn ook Amerikaanse plannen in de maak om hun wereldwijde spionagenetwerk gekend als ‘Five Eyes’ (AustraliĂ«, Canada, Nieuw-Zeeland, het VK en de VS) uit te breiden met Zuid-Korea, Japan, India en 
Duitsland.
Op een eerder discrete wijze werd in het voorbije decennium ook de reikwijdte van de Amerikaanse ‘nucleaire paraplu’ uitgebreid tot de ‘partners’, een vage term waarmee men alle kanten uit kan. □

Deze zakelijke uiteenzetting kan hopelijk bijdragen tot een betere  interpretatie van wat zich momenteel in de EU en wereldwijd afspeelt.

 

[1] Hans-Jochen Luhmann, Das wachsende Ensemble der militĂ€rischen BĂŒndnisse des Westens – wie August 1914? , april 2023.

[2] Bruno Tertrais, Entangling Alliances? Europe, the United States, Asia, and the risk of a new 1914, Atlantic Council, juli 2022.

 


 

 

Laat een reactie achter

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *