29 maart 2024 – ETUI, de studiedienst van het Europees Vakverbond EVV, publiceerde zopas de editie 2024 van haar jaarlijks overzicht van evoluties binnen de wereld van de arbeid. “Benchmarking Working Europe 2024”. Zoals gewoonlijk vindt men er een schat aan vooral statistische informatie over (minimum-)lonen, koopkracht, syndicalisatiegraad, stakingsdagen, maar bijvoorbeeld ook over hernieuwbare energiebronnen. Zoals de ondertitel laat verstaan – The ongoing quest for Social Europe – is het Europees Vakverbond nog steeds op zoek naar aanwijzingen dat we nu echt op weg zijn naar een sociaal Europa, maar het eigenlijk belang van het werkstuk ligt in zijn uitgebreid cijfermateriaal. Wie daarnaar op zoek is kan de studie gratis downloaden of voor 20 € een gedrukt exemplaar bestellen.
Ter illustratie van de inhoud brengen we hier enkele grafieken die velen zullen interesseren.
Hoe evolueerden nominale en reële lonen in 2023 t.o.v. 2022?
De evolutie van de minimumlonen (2023 t.o.v. 2022) in nominale en in reële termen:
Hoeveel de minimumlonen op 1 januari 2024 bedroegen (in euro) zien we hieronder:
Een ander vraag is: hoeveel wordt er eigenlijk nog gestaakt in Europa? Het antwoord is: weinig, en het gaat in dalende lijn, zoals uit volgende grafiek blijkt:
Misschien heeft dit wel iets te maken met teruggaande cijfers over het aantal aangeslotenen bij vakbonden, vraagt men zich af, en de ETUI-cijfers spreken dat zeker niet tegen:
Het Europees motto ‘Eenheid in verscheidenheid’ blijkt ook op te gaan in wat gezinnen moesten uitgeven in 2023 voor hun elektriciteitsfactuur:
Om dit korte uittreksel uit de vele gegevens van Benchmarking Working Europe 2024 te besluiten het lovenswaardige idee om ook de twijfelachtige vooruitgang van de energietransitie te illustreren. Het behoeden voor een klimaatcatastrofe maakt inderdaad ook deel uit van de werkersbelangen.
Hierover schrijft ETUI:
“Bovendien blijft de bescheiden vooruitgang van de EU qua hernieuwbare energie in 2022 in absolute termen ver achter bij China. In 2022 voegde China 141 GW aan nieuwe capaciteit voor de opwekking van hernieuwbare energie toe, de EU 57,3 GW en Noord-Amerika 29,1 GW. (…) Voorspeld wordt dat China in de periode 2022-2027 50% van de nieuwe wereldwijde capaciteit voor hernieuwbare energie zal installeren. (…) In de meeste Chinese provincies zijn hernieuwbare energiebronnen op nutsschaal goedkoper dan de gereguleerde prijzen voor elektriciteit uit steenkool. Op de huidige basis wordt verwacht dat China zijn doelstelling voor 2030 van 1.200 GW aan totale wind- en zon-PV-capaciteit vijf jaar eerder zal halen. Dit betekent opnieuw dat de EU niet alleen achterloopt op haar eigen doelstellingen, maar ook op internationaal niveau.”
Zo hoor je het ook eens van een ander. (hm)
Laat een reactie achter